Een leerling-verpleegkundige die sinds 1 juli 2004 in dienst is, wordt in augustus weer ontslagen. Zij heeft namelijk opgebiecht dat zij lijdt aan narcolepsie, een chronische slaapstoornis, een diagnose die al in april is gesteld. De werkgever wil haar weer in dienst nemen als zij een medische verklaring overlegt waarin risico's van de aandoening voor de functie van verpleegkundige worden uitgesloten. Haar neuroloog heeft vervolgens aangegeven dat de werkneemster overdag in staat is om haar normale bezigheden te doen en dat er geen duidelijke kataplexieaanvallen (aanvallen van plotselinge verstijving) zijn. Maar de werkgever vindt die verklaring onvoldoende.