Het netwerk Agrarisch van het NVVK-platform Risicodeskundigheid wijdde op 7 oktober een themamiddag aan brandveiligheid in veestallen. Met een hoofdrol voor techniek. Want techniek is enerzijds de oorzaak van veel stalbranden, maar kan ook oplossingen bieden.
Grote stallen en grote aantallen slachtoffers
De agrarische sector, verzekeraars en brandveiligheidsexperts spannen zich al jaren in om het aantal stalbranden te verminderen. Een opgave met grote maatschappelijke importantie. Want de branden leiden tot immens dierenleed en een hoge schadelast en beschadigen het imago van de veehouderij.
In de risicomonitor 2020 becijferde het Verbond van Verzekeraars dat zich in dat jaar in Nederland 54 stalbranden voordeden. Door de schaalvergroting in de veehouderij, gaat het vaak om zeer grote stallen en dus om grote aantallen ‘slachtoffers’. In 2020 kwamen naar schatting 100.000 tot 130.000 dieren om.
Kans op stalbranden verkleinen
Volgens Maick Arendsen, senior risicodeskundige van Nationale Nederlanden en dagvoorzitter tijdens de themabijeenkomst, worden nieuwe stallen volgens strenge brandveiligheidseisen en met brandveilige materialen gebouwd. Daardoor is het brandrisico in die gebouwen aanmerkelijk lager. “Een belangrijk aandachtspunt vormt de categorie bestaande veestallen. Daarin zijn vaak grote hoeveelheden brandbare isolatiematerialen zijn verwerkt, die bijdragen aan snelle brandvoortplanting. Ook in die bestaande bouw kan de sector met goede advisering en preventieve maatregelen veel doen om de kans op een onbeheersbare brand te verkleinen.”
Elektrische veiligheid vaak de bron van stalbranden
In de risicomonitor 2020 stelde het Verbond van Verzekeraars vast dat van de 54 stalbranden in slechts 29 gevallen de oorzaak kon worden achterhaald. Daarbij bleken werkzaamheden en problemen in de elektrische installatie in de meeste gevallen de bron van de aangerichte ellende. Daar is volgens Frans Blanken van RFB Systems veel aan te doen. Als veehouders voldoende aandacht hebben voor de veiligheid van hun elektrische installaties.
In de kenmerkende omgeving van de veehouderij levert dat wel uitdagingen op. Want veestallen zitten vol elektra voor onder andere verlichting, luchtwassystemen en andere techniek. Bekabeling en elektrische componenten zijn kwetsbaar voor invloeden van vocht en corrosie door ammoniak. En niet zelden ook voor aanvreten door ongedierte.
Goed beheer, goed onderhoud en goede bewaking
“Daarnaast is er ook veel ondeskundigheid bij de aanleg van installaties”, signaleert Blanken. “Zo komt het nogal eens voor dat bij uitbreiding van een veebedrijf de elektrische installatie wordt uitgebreid met extra groepen voor nieuwe machines. Zonder dat erop wordt gelet of de aanwezige installatie de extra vraag naar elektriciteit wel aankan. Dat kan leiden tot overbelasting en dus oververhitting, waardoor een stalbrand kan ontstaan. Ook zien we veel slechte contacten in schakelcomponenten. Die kunnen vlambogen veroorzaken, met alle mogelijke gevolgen van dien. Bij veel stalbranden blijkt de elektrische installatie de bron te zijn. Daar is veel aan te doen door een goed beheer, goed onderhoud en goede bewaking van de installatie.”
Erkende en gecertificeerde installateurs
Blanken benadrukt het belang van een solide elektrotechnisch onderzoek, als basis voor de aanleg of uitbreiding van elektrische installaties. Even belangrijk is dat een erkende en gecertificeerde installateur de werkzaamheden uitvoert. En dat de installatie periodiek goed wordt onderhouden en geïnspecteerd. Om zo potentiële oorzaken van storing en brand vroegtijdig op te sporen.
Blanken toonde hoe met een detectiesysteem de elektrische installatie 24/7 kan worden bewaakt. Al dan niet in combinatie met een particuliere meldkamer als tussenschakel voor de alarmering. Sensoren bewaken de belangrijkste componenten in het elektriciteitsnet. Zij geven een signaal als in het systeem vreemde stroompieken optreden of de temperatuur te hoog oploopt. De agrariër kan dan poolshoogte nemen en ingrijpen vóórdat brand ontstaat.
Complete sensor- en detectiesystemen
Zo’n sensorsysteem vraagt wel een investering door de ondernemer, maar hij krijgt er veel veiligheid voor terug. Door meerwaarde aan het detectiesysteem toe te voegen, zou de aanschaf voor het bedrijf interessanter en rendabeler kunnen worden. Bijvoorbeeld door extra functies voor onder andere gebouw- en terreinbewaking en technische bewakingsfuncties voor machines in het systeem te integreren. “Maak uw systeem compleet en signaleer vroegtijdig alle storingen en potentieel onveilige situaties in uw bedrijf”, vat Blanken samen.”
Watermist: als het toch mis gaat
En als het dan toch mis gaat, wat zijn dan de mogelijkheden om beginnende stalbranden te beheersen of te blussen, vóórdat het hele bedrijf in vlammen opgaat? In de industrie en grote publieksgebouwen voorkomen sprinklersystemen veel schade door branden in een vroeg stadium te doven. Maar sprinklerinstallaties zijn kostbaar in aanleg en onderhoud en zijn niet wettelijk verplicht. “Een watermistsysteem kan voor agrarische bedrijven een goed alternatief zijn”, legde Juriaan van den Bremer van MJ tech Fogsystems uit.
Watermistsystemen worden in de veehouderij al frequent toegepast voor luchtbevochtiging. En om op warme dagen de temperatuur in veestallen te verlagen. De systemen werken onder extreem hoge druk met speciale sproeinozzles, waardoor waterdruppeltjes ontstaan die het karakter hebben van een aerosol.
Van den Bremer: “De druppeltjes ter grootte van 5 tot 10 micron, hebben een groot warmte-opnemend vermogen. De binnentemperatuur in een ruimte waar watermist wordt toegepast kan wel 5 tot 7 graden dalen. Datzelfde principe kan ook worden toegepast voor brandbeheersing. Door een hoge concentratie watermist in de ruimte te verstuiven, kan zich bij een beginnende brand geen hitte opbouwen, waardoor de brandvoortplanting wordt geremd. Voorwaarde is dan wel dat de installatie wordt uitgebreid met een extra leidingring met een groter type nozzle, om de watermistcapaciteit te vergroten.”
Geen vervanging voor een sprinklerinstallatie
De omvang van de ruimte bepaalt volgens Van den Bremer de lay-out en de capaciteit van de installatie. Daarbij is de projectie van de nozzles belangrijk om de te beveiligen ruimte volledig te dekken. Hij benoemde twee praktijkvoorbeelden in de agrarische sector waar zo’n watermistsysteem is geïnstalleerd als brandveiligheidsvoorziening tegen stalbranden. Het systeem kan in zijn ogen een belangrijke bijdrage leveren aan brandbeveiliging in stallen. En is aantrekkelijk in combinatie met de koelfunctie.
Hij beklemtoonde wel dat het systeem ook zijn beperkingen heeft: “Watermist is geen vervanging voor een sprinklerinstallatie. Het blust niet, maar beheerst de brand door de temperatuur van de rookgassen te verlagen en zo de brandverspreiding te remmen. Daardoor krijgt de agrariër extra tijd om in te grijpen. En ontstaat voor de brandweer een veilige situatie om het gebouw binnen te gaan en de brand te blussen.”
Demonstratie bij NAC-stadion
Op het buitenterrein van het NAC-stadion in Breda demonstreerde Van den Bremer de werking van het watermistsysteem. Daarbij werd duidelijk hoe effectief watermist is in relatie tot de beperkte hoeveelheid water die het systeem gebruikt. Ook dat is een voordeel van deze toepassing, want het beperkt de problematiek van nevenschade door bluswater aanzienlijk.
Droge stofmassa’s zorgen voor snelle brandvoortplanting
Een tweede opstelling op het buitenterrein was een mobiel stofverwijderingssysteem, meegebracht door Swinkels Allround Reiniging. Over stof ging dan ook zijn bijdrage aan de kennismiddag. Eveneens een belangrijk issue in de veehouderij. In combinatie met het brandrisico van bijvoorbeeld elektrische installaties of uitvoering van ‘warme’ werkzaamheden. De veehouderij is een stofgevoelige sector. Dat kan een brandveiligheidsrisico vormen als het zich ophoopt op stalzolders. Waar zich vaak ook de elektrische systemen bevinden, evenals installaties zoals luchtwassers.
Swinkels toonde beelden van situaties die hij bij sommige bedrijven tegenkomt, met grote ventilatieschachten, waarin het stof zich soms meer dan 15 centimeter dik ophoopt. Die droge stofmassa’s kunnen zorgen voor snelle brandvoortplanting als ergens in de ruimte brand ontstaat. En ook het gevaar van stofexplosie mag niet worden uitgesloten. Swinkels: “Stof vergroot het brandrisico bij problemen met de elektrische installatie. Bijvoorbeeld als bij een elektrisch contact een vlamboogje ontstaat. Als zich in zo’n ruimte met elektrotechniek tien jaar lang stof kan ophopen, heb je heel veel extra brandbaar materiaal.”
Stofverwijdering door gespecialiseerde bedrijven
De oplossing: stofbeheersing! Door periodiek stofgevoelige ruimten op zolders en in ventilatieschachten en luchtwassystemen grondig op te ruimen. Agrarische ondernemers moeten volgens Swinkels oog hebben voor dit risico. Het kan een forse en tijdrovende klus zijn. En daarom is het aan te bevelen om voor die stofverwijdering een gespecialiseerd bedrijf in te schakelen. Het is een niche business, ziet Swinkels, die zelf een mobiel stofverwijderingssysteem ontwikkelde als dienstverleningsmodel voor de branche.
Lees ook:
- Nieuw NVVK-certificaat ondersteunt Register Risico Professional
- Certificeren en registreren vullen elkaar mooi aan
- Op weg naar een nieuw certificatieschema
Innovatie van veiligheid
Dit is een ontwikkeling die door de agrarische sector en door de verzekeraars met open armen wordt verwelkomd. Net als de getoonde watermisttoepassing en het beveiligingsnetwerk voor elektrische installaties. Maick Arendsen van Nationale Nederlanden: “Wij zijn als verzekeraars zeer gebaat bij innovatie van veiligheid in de agrarische wereld. We doen veel aan risicoadvisering om het brandveiligheidsbewustzijn in de sector te vergroten. Maar ook voor specialisten in het bedrijfsleven ligt er een belangrijke rol bij het leveren van nieuwe technische voorzieningen en andere oplossingen om het risico van stalbranden in de veehouderij terug te dringen. Daar is de sector zelf bij gebaat. Met het oog op het immense dierenleed bij een brand, maar wij als verzekeraars ook. Want de jaarlijkse schadelast is groot. We moeten de handen dan ook ineenslaan. Elke brand die we samen kunnen voorkomen móeten we ook voorkomen.”
Tekst | Rob Jastrzebski