Als we dit verschil tussen leiderschap en management doortrekken naar veiligheid, valt op dat we vaak meer bezig zijn met wat het veiligheidsmanagementsysteem ons voorschrijft dan dat we stilstaan bij de vraag of we wel de juiste dingen doen. Dat laatste zouden we veiligheidsleiderschap kunnen noemen.
Meer bezig met bureaucratie dan met veiligheid
Om de zaken nog iets scherper te formuleren: vaak zijn we drukker bezig met de administratieve en bureaucratische kant van veiligheidsmanagement, zoals plannen maken, formulieren invullen, getallen vergaren, rapporten schrijven, checklists afvinken en verplichte audits doen, dan dat we daadwerkelijk proberen veiligheid te creëren.
Sidney Dekker heeft hierover een artikel geschreven. Hij concludeert dat bureaucratisering zeker voordelen heeft gebracht, waaronder minder letsel, standaardisatie, transparantie en controle. Maar bureaucratisering genereert ook neveneffecten die tegen het oorspronkelijke doel in gaan.
Psychiater, bioloog en organisatorisch ecoloog Peter Robertson stelt dat bureaucratie in eerste instantie dezelfde werking kan hebben voor een organisatie als vitamines voor de mens. Groeit de structuur echter te ver door, dan kan het ecosysteem verstikt raken. Dan werkt bureaucratie niet meer als vitamines, maar als vergif.
Mensen volgen leiders omdat ze dat zelf willen
Ooit zei iemand dat een leider voorop gaat, de weg leidt. De mensen volgen die leider. Niet omdat ze dat moeten, maar omdat ze dat willen. Dat maakt een groot verschil. Leiders zullen ook niet de boodschap van iemand anders na-papegaaien. Dat hebben ze niet nodig, omdat ze echt en authentiek zijn. Omdat ze eerder komen met een realistische boodschap dan met holle slogans als ‘safety first’ of ‘alle ongevallen zijn te voorkomen’.
Een leider verstopt zich niet achter spreadsheets en procedures, zoals veel managers wel doen. Een leider ziet moeilijke vragen en harde beslissingen onder ogen. Leiders benoemen tegenstrijdige doelstellingen en prioriteiten.
Ze begaan ook niet de vergissing om commando en leiderschap te verwisselen. Iemand die het commando heeft, is niet hetzelfde als iemand die leidt. Leiders commanderen zelden. Je kunt zelfs zover gaan om te zeggen dat een natuurlijke leider dat niet nodig heeft. Want één definitie van leiderschap zegt dat een leider iemand is die zonder dwang anderen beïnvloedt om bepaalde doelen te bereiken (Amjad Alata).
Leiderschap gaat niet over de leiding hebben
Wat dat betreft is er nog een laatste aspect dat ik wil benoemen. Terwijl ik dit stukje aan het schrijven was, zag ik een citaat van Simon Sinek (schrijver van Start with Why): “Leiderschap gaat niet over de leiding hebben. Leiderschap gaat over de zorg voor degenen over wie je de leiding hebt.” Alle echte leiders kenmerken zich door dienend leiderschap (zie bijvoorbeeld: Leidinggeven aan professionals? Niet doen! van Mathieu Weggeman, Scriptum, 2007).
Een leider voelt oprechte zorg voor zijn volgers en hun behoeftes. Daarom schept een leider – binnen zijn vermogens – de juiste omstandigheden en zorgt voor wat er nodig is om goed werk te leveren. De leider zal ook het goede voorbeeld geven (ultiem voorbeeld: Johannes 13:14-17, waarin Jezus de voeten van zijn discipelen wast). Want dat is wat leiders doen: ze gaan voorop en laten de weg zien; waar naartoe, hoe en vooral ook waarom.
Hebben we dus eigenlijk alleen leiders nodig? Natuurlijk niet. Want naast volgers hebben we ook managers nodig. Maar het is belangrijk dat een organisatie niet in bureaucratie, administratie en managen blijft steken. Check daarom regelmatig of uw veiligheidsmanagementsysteem wel de juiste activiteiten bevat.