Na de afronding van zijn studie Scheikunde bleef Walter bij de universiteit Leiden werken en werd hij gegrepen door het thema gevaarlijke stoffen en veiligheid. Hij ging daar ook over publiceren. Schrijven was zijn passie. Soms publiceerde hij onder pseudoniem, bijvoorbeeld onder de naam van zijn opa. Gedurende een periode in 2005 en 2006 was hij hoofdredacteur van het Vakblad Arbo. Maar de lezers zullen hem vooral kennen als columnist en auteur. Arbo kreeg mede dankzij hem een eigen plek in de arbowereld. Ook was hij auteur van diverse boeken over de RI&E, veiligheid en over risico. Zo stond hij aan de wieg van de Praktijkgids Arbeidsveiligheid en werkte hij lange tijd aan zijn boek De Risicoprofessional.
Zijn ziel en zaligheid stak hij in anderen aanzetten tot reflectie. Iedereen die een passie heeft voor zijn vak moet immers vooruit willen. Dat betekent dat ook arboprofessionals moeten onderzoeken, een visie ontwikkelen en kennis moeten delen, hoe lastig dat ook is. Hij sprak op congressen en beleefde bijzonder veel plezier aan het doceren bij opleidingen, onder andere voor preventiemedewerkers. Geschiedenis was een andere passie van Walter. Gigantisch is zijn archief met tijdschriften, boeken, artikelen en afbeeldingen over veiligheid; feilloos wist hij de belangrijke data. Als je die niet kent, kun je het vakgebied niet goed begrijpen, vond hij. Heel recent nog leverde hij een grote bijdrage aan het jubileumnummer 100 jaar Arbo.
Ik leerde Walter in de jaren 90 kennen toen ik redacteur was van Arbo & Milieu. Wij hadden toen ook regelmatig redactie-overleggen over de boeken die Kluwer in die tijd uitgaf. Zeer toegewijd hamerde hij altijd weer op kwaliteit. In 2007 nam ik van hem het stokje over als hoofdredacteur van Arbo. Destijds begeleidde hij mij heel geduldig en ook later kon ik altijd bij hem terecht met ideeën en vragen of voor inspiratie. En als ik dan in de hectiek een tijdje niet van mij liet horen, belde hij: “Moeten wij niet weer eens even koffiedrinken?”
Tijdens die inspirerende overlegmomenten in Delft bediscussieerden wij gedurende vele jaren het vakgebied en de inhoud van Arbo. Uit zijn koffer toverde hij een conceptartikel of -column: “Schiet er maar op”. Zelden viel daar veel op aan te merken. Walters tone of voice was eigenzinnig nuchter en kritisch, maar altijd met humor. Hij hield van plagen en in zijn columns moest de gevestigde orde het vaak ontgelden. Op rebelse wijze legde hij de vinger precies op de zere plek. Hij was nuchter en bescheiden en had een hekel aan blaaskakerij en arrogantie. Er ging veel om in zijn hoofd en met zijn typische lachende ogen noteerde hij ideeën en gedachtenspinsels in een notitieboekje, formaat iPhone. Een smartphone had hij niet. Het contact verliep via sms of bellen, regelmatig vanuit Duitsland. Mailen deed je alleen als het echt nodig was. Maar na onze koffiemomenten kroop ik altijd weer vol nieuwe plannen en namen achter mijn bureau.
Drie jaar geleden werd hij ziek, maar kwam er weer bovenop. Totdat de ziekte weer terugkwam en het heel snel ging. Het vakgebied arbo & veiligheid verliest een goeroe. Maar gelukkig laat Walter ons zijn artikelen, columns en boeken na, de meeste tijdloos. Ze blijven prikkelen.
Walter, dank je wel voor je wijze lessen; voor je inspiratie en alles wat je voor het vakgebied en de redactie van Arbo nog steeds betekent!