Courage om gezond arboverstand toe te passen, dat is wat Ira Helsloot mist in de arbowereld. Zo worstelt de (arbo)samenleving met bijvoorbeeld een verstandige omgang met grenswaarden.
“Jij noemt nu Tata Steel. Het RIVM-rapport van 2021 geeft aan dat het bedrijf aan alle wettelijke normen voldoet. Dat stond op pagina 71, maar niet in de samenvatting. Het rapport van vorig jaar vermeldt dat geruststellende gegeven maar niet meer en spreekt alleen nog over ‘verhoogde concentraties van zeer zorgwekkende stoffen’.
Weet dan vervolgens dat de grenswaarden voor de beruchte PAK’s in de bodem op grond van modellen zo scherp zijn dat we niet meer dan een kopje koffie per week zouden mogen drinken, want ook daar zitten PAK’s in.”
Grenswaarden vaak overtrokken reactie op onveiligheid
Ja, er is een lichte verhoging van een aantal kankertypes in de directe omgeving, zegt Helsloot. De reactie vindt hij dan overtrokken. “Aha, zie je wel! Ze stoten toch te veel kankerverwekkende stoffen uit. Maar wat dan vergeten wordt, is dat die kankers ook veroorzaakt worden door roken, zodat we weer een ander model nodig hebben om te corrigeren.
Weet dat iemand met een laag inkomen die dus bijvoorbeeld in de directe omgeving van Tata Steel woont, gemiddeld zeven jaar korter leeft dan iemand met een hoog inkomen die dus wat verder weg in Blaricum woont. Als je al die complexe verbanden meeneemt, blijft er geen statistisch significant effect over. Overigens, de publiciteit zelf leidt ook tot stress die ook slecht is voor de gezondheid.”
Denk na als je modellen hanteert
In het algemeen moet je nadenken als je modellen hanteert, is de boodschap van de hoogleraar aan de Radboud Universiteit. “Twee voorbeelden ter illustratie. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit verbiedt het gebruik van bamboe bekers. Dat zijn eigenlijk bekers van plastic met bamboe erin verwerkt. Als je daar de eerste keer heet water ingiet, komt er formaldehyde vrij uit het plastic. En dat is schadelijk volgens de modellen. Maar die formaldehyde is minder dan wat in een peer zit. Gaan we het eten van peren ook verbieden?”
Een ander voorbeeld. De Gezondheidsraad heeft uitgerekend wat de arboblootstellingsgrens van roetdeeltjes uit diesel moet zijn. Die grens ligt onder het percentage roetdeeltjes dat normaal in de buitenlucht zit. Gaan we nu de buitenlucht ook zuiveren? Natuurlijk niet. Dat zijn van die uitwassen in het arbobeleid die niet helpen.”
Te veilige grenswaarden
Probleem is volgens Helsloot dat we te zeer aan de veilige kant zitten met grenswaarden en modellen. We werken met onzekerheidsmarges die we op elkaar stapelen zodat we waanzinnig veilige grenswaarden krijgen.
“Wiskundig correct zou het gebruik van verwachtingswaarden, zeg maar gemiddelden, moeten zijn. De modelpraktijk is dat we de blootstelling op beesten uittesten in hoge concentraties en dan voorzichtig lineair extrapoleren naar lage concentraties. Daar komt er een bepaalde waarde uit. Die vermenigvuldigen we voor de zekerheid met een factor tien voor het effect op mensen en als het om kinderen gaat nog eens met een factor tien. Want je weet het nooit.”
Weeg het effect van grenswaarden op tegen de kosten?
Je moet je dan afvragen of het positieve effect van het gebruik van dergelijke grenswaarden wel opweegt tegen het kosten, stelt hij. “Gebruik je gezond verstand als arbodeskundige. Een ‘veilige kant’ bestaat niet. Want je kunt geld maar een keer uitgeven en daarmee heb je grotere risico’s niet aangepakt.”
Een positief effect van modelmatige grenswaarden kan zijn dat er zeer weinig deeltjes van een bepaalde stof in de lucht zitten. Een zeer negatief effect is dat dit eigenlijk onzin is en dat je de dure euro’s beter in ander wel effectieve arbo-preventie had kunnen stoppen dan in een luchtzuiveringsinstallatie. “Juist daarom hebben we verstandige arbodeskundigen nodig die weten dat in de regelgeving altijd wel een stukje bovenwettelijk zit. Daar dien je dan naar te zoeken als deskundig adviseur.”
In een presentatie die Helsloot voor risico-analisten hield vergeleek hij veiligheidsbeleid met een hulpactie van de brandweer om kat Igor uit de boom te halen. Alles wordt dan uit de kast getrokken om het beestje te redden. Empathisch, maar onrechtvaardig. Want daarmee veronachtzaam je misschien taken elders. Je kunt maar beter een rampslachtoffer als Igor zijn of bedreigd worden door een industrieel risico. Dan komt iedereen als de spreekwoordelijke brandweer. Maar de kosten en de baten zijn onbekend en het beleid is onevenwichtig.
Geen harde kosten-batenanalyse coronamaatregelen
We zetten geld niet op de meest zinvolle plaats in, meent Helsloot. Een beetje zoals ruim twee jaar geleden. We moeten er toch op terugkomen. Helsloot werd persona non grata in Hilversum en Den Haag omdat hij tegen de heersende opvatting in tijdens de coronapandemie toch bleef pleiten voor het openhouden van scholen, afschaffen van de lockdown en wat dies meer zij.
“We hebben een hele generatie kwetsbare jongeren opgeofferd voor heel beperkte baten. Als ik nu in Den Haag rondloop, zeggen ambtenaren tegen me dat ik toch gelijk had. We hebben er trouwens niets van geleerd. Impliciet misschien, maar een evaluatie met een harde kosten-batenanalyse is er niet. Ik vrees dat we bij een volgende epidemie gewoon weer hetzelfde patroon volgen. Al is het vet op de botten nu wel weg, zodat bestuurders nu meer moeten nadenken. We hebben geen 100 miljard meer om de samenleving stil te leggen.” Ook hier: kijk verder dan het beperkte risico dus van Igor in de boom.
Ook voor de arboveiligheid had de coronacrisis grote gevolgen, zo oppert hij. Toolboxmeetings, veiligheidsinstructies, het lag allemaal op zijn gat.
Onlinemeetings ongeschikt voor instructie
“Dat terwijl we daarvoor die bijeenkomsten juist heel erg belangrijk vonden. Twee jaar lang heeft dat niet plaatsgevonden. Online meetings zijn lang niet altijd geschikt voor instructie. We hebben twee jaar lang mensen het recht ontzegd op instructie en training. Ik ben benieuwd of we dat nog in de cijfers terugvinden. Ik ben voorzitter van RailAlert, dat de arbocatalogus voor spoorwegpersoneel beheert. De spoorsector en alle arbodeskundigen die daar werken hebben wel vastgehouden aan de gezamenlijke fysieke veiligheidsinstructie in die tijd. Gelukkig maar.”
Treinongeval Voorschoten
Juist op het spoor vond overigens vorige maand een ernstig ongeval plaats waarbij een werknemer om het leven kwam. Een trein op weg naar Leiden kwam bij Voorschoten in botsing met een mobiele werkkraan die op het spoor kan rijden, een krol in jargon.
Helsloot: “Een dag voor dit ongeval had ik nog met vertrouwen gezegd dat het systeem zo robuust dubbel was uitgevoerd dat dit specifieke type ongeval niet meer zou voorkomen. Natuurlijk weten we wel dat -hoe vreselijk ook- arbo-ongevallen op het spoor niet honderd procent te voorkomen zijn ondanks alle veiligheidsmaatregelen. In 2016 vond het laatste dodelijke ongeval met een spoorwerker plaats. Dat was toen juist iemand die als veiligheidsfunctionaris aan het controleren was of er veilig gewerkt kon worden.”
Nu gaan er volgens hem stemmen op om alleen te werken op tijden dat er geen treinen rijden. Maar daar zijn hij en - naar eigen zeggen veel anderen die als arbodeskundigen betrokken zijn bij RailAlert- fel tegen gekant. “Wij liggen daar echt uit alle macht dwars voor. Dan gaan we dertigduizend mensen structureel de nacht in sturen om te werken. Dan rijden er immers geen of zeer weinig treinen. Maar nachtwerk is ook een groot gezondheidsrisico. Geen risico dat makkelijk de krant haalt omdat het pas na pensionering zijn effect laat zien.”
Een mooi voorbeeld waarom de arbodeskundige altijd de twee kanten van veiligheid moet bekijken. Meer veiligheid ter plekke, levert grotere onveiligheid op de lange duur op, concludeert de hoogleraar. “Nogmaals als je het ene risico uitsluit, moet oppassen dat je er geen andere grotere risico’s veroorzaakt.” Igor de kat is dan gered, maar de veenbrand woekert als gevolg ervan onopgemerkt voort.